10

Programma Congres | Verslag academische zitting


Het 19e internationale rederijkerscongres op 8 en 9 juni 2002 te Brussel

De organisatie was dit jaar in handen van t Mariacranske-De Wijngaard. De voorbereidingen waren grondig aangepakt en succesvol verlopen, dat beloofde veel voor dat weekend.
Voor de noordelijke delegatie werd echter op het laatste moment een barrière opgeworpen in de vorm van werkzaamheden aan de snelwegen op vele plaatsen waardoor noord en zuid voor vele uren van elkaar gescheiden waren en de noordelijke bezoekers Brussel niet op tijd konden bereiken. Helaas hebben wij daardoor niet kunnen genieten van de rondleiding door Brussel. We waren juist op tijd voor de welkomstdronk , het diner in BXL en de aansluitende wandeling naar de Rijke Klaren voor de opvoering van vier maal de barrevoetse broers.

Vier Rederijkerskamers: een groep samengesteld uit leden van verschillende kamers van het KPGRV, rederijkerskamer DE WIJNGAARD uit Ronse, DE LELIEBLOEM uit Brussel en DE VIOLIEREN uit Antwerpen speelden het voorgeschreven stuk "De Bervoete Bruers" in een vertaling in het hedendaags Nederlands.

Het verhaal gaat over Hans Goedzak en zijn vrouw Truike, die heel arm zijn en geen eten hebben voor hun kinderen. Hans gaat naar de markt om wat geld te verdienen en komt daar een edelman tegen die hem vraagt eten te brengen naar de Minderbroeders. De Minderbroeders waren bedelmonniken die ook barrevoetse (blootvoetse) broeders genoemd worden, omdat ze op blote voeten liepen. Hans brengt het eten naar zijn eigen huis, omdat zijn kinderen ook op blote voeten lopen van armoede en dus ook 'barrevoetse broers'zijn.

We zagen vier heel verschillende voorstellingen. Voor de pauze eerst de spelers van het KPGRV die er onder regie van Jan Dol een strakke, moderne voorstelling van gemaakt hadden, vol originele vondsten.
Het was een stuk dat spannend en verrassend was om naar te kijken.

De jeugd van de WIJNGAARD uit Ronse had er ook iets eigentijds van gemaakt met kinderen die druk aan het spuiten waren en de rol van Truike die op een prachtige manier werd vertolkt door een jongen die een homofiel speelde. Ze waren erg goed en hebben dan ook verdiend de Taalunie prijs gewonnen. De twee kamers die na de pauze optraden hadden het meer gezocht in de middeleeuwse aankleding. Het eerste stuk na de pauze was wat zwakker. Ze hadden de tekst op veel plaatsen aangepast en gooiden het vooral over de boeg van de wellust. Hun priesterfiguur was sterk. De Violieren uit Antwerpen beschikten over een zeer goede speler die de rol van Hans Goedzak vertolkte. De kinderen werden gespeeld door een aantal volwassenen die allen redelijk weldoorvoed waren, dat was op zich wel aardig wanneer je bedenkt dat het om arme kindertjes ging, die al dagen niets te eten hadden gehad. Toch was dit in het totaal ook een minder sterke uitvoering.
De jeugd uit Ronse dus duidelijk en overtuigend winnaar.
Na de zeer gevarieerde voorstellingen was de dag reeds ver voortgeschreden, en restte alleen nog nachtelijk Brussels vertier.

Zondag waren de congresgangers er al vroeg bij voor de ontvangst en het bijbehorend bijpraten met inmiddels vertrouwde bekenden. Een zeer geanimeerd weerzien.
Het programma van de zondag was zeer goed gevuld. De Academische zitting werd gehouden in het prachtige stadhuis van Brussel. De toespraken en lezingen werden omlijst door het charmante en onderhoudende Quo Vadis Quintet. In zijn voordracht onderbouwde professor De Ridder de stelling dat Brussel van oorsprong en eigenlijk nog steeds een Bourgondische stad is; het is geen kwestie van of Vlaams of Frans.
Prof Janssens vroeg zich in zijn referaat af hoe actueel de Rederijkers nog zijn. Zijn powerpoint presentatie illustreerde dat in elk geval de modernste communicatie technieken de Rederijkers niet vreemd zijn . Het meest overtuigende bewijs was echter wel de opvoeringen voor de taalunieprijs, zaterdagavond. De diverse bewerkingen van een middeleeuws spel , nog springlevend en het aanzien meer dan waard in de 21e eeuw. Na het middagmaal werd de jaarvergadering gehouden. In de rondvraag kwam ook de vraag naar modernisering aan de orde, maar dan meer gericht op de procedures en de huidige rol en betekenis van de souvereine hoofdkamer in Vlaanderen. En hoe liggen de verhoudingen in het gebied boven de Grote rivieren: duidelijk onderwerpen voor discussie en beraadslaging op een later tijdstip.

Na afloop van maaltijd en vergadering voerde onze weg naar "De Markten" aan de oude Graanmarkt, waar wij noordelingen de zeer interessante wandeltocht op diabeelden door de stadsontwikkeling van oud- Brussel aan de hand van kaartfragmenten nog konden meemaken, voor het scheiden van de markt. De aansluitende toelichting op de sneeuwpoppen van Pleij hebben we ingeruild voor een deel van de thuistocht, echter niet na afscheid genomen te hebben van vele van onze Vlaamse vrienden.

Volgend jaar zien en spreken, wij elkaar in de noordelijke Nederlanden bij een van de oudste Kamers boven de grote Rivieren te weten " Trou moet Blycken" in Haarlem.

Wiero Oosterbaan, voorzitter KPGRV

Zie ook  Verslag academische zitting