Terugblik op het 33e Internationale Rederijkerscongres
in ’s-Hertogenbosch op 4 en 5 juni 2016
Carlo van de Water
Nee van de Water niet doen!
Welke schoenen zou ik kiezen, de plateauzolen, de klompen? Nee
toch maar gewoon mijn veterschoenen.
Flinke zolen zouden me helpen bij noodweer overeind te blijven, de
hele week heeft het gestormd, geregend en zelfs gehageld. En juist in
dit weekend ontvangen we meer dan 150 gasten met een vooral
buitenprogrammering. Misschien zijn klompen toch beter wanneer
het hoog water wordt en ik drijvend vermogen nodig zal hebben om
me achter de chef de congres te verschuilen als alles in de soep zou
lopen. Werkelijk alles heeft hij tot in de puntjes verzorgd. Het enige
waar ik verantwoordelijk voor bleek was het noodzakelijke mooie
weer.
Afgelopen dagen ben ik nog naar bedevaartsoorten geweest om een
worst te offeren bij de heilige Clara, Maria, Agatha, Catharina en nog
een paar, dat zou moeten helpen, alleen wist ik niet meer via precies
welke heilige deze voorspraak geregeld diende te worden.
Echt gerust was ik er niet op maar toen ik de gordijnen van mijn
slaapkamer opende straalde de zon me tegemoet, het was zelfs warm
en het zou heet worden het hele weekend. Had ik het dus toch met
wat minder worsten kunnen afdoen. Maar goed mensen die mij beter
kennen weten dat ik een liefhebber van worst ben, dus... niet
klagen van de Water.
Bij aankomst in het stadhuis zag ik al onze mederijkers druk in de
weer hun welkomstgroeten te oefenen In het Vlaams, het Antwerps,
het Bosch, het Gronings en ook in het Noord-Hollands. Echt waar
onze Chef de Congres had aan alles gedacht!
Toen de eerste gasten arriveerden bleek hoe welkom we waren. De
bode liep het vuur uit zijn schoenen (gelukkig geen klompen) om het
ons naar de zin te maken. Het kon beginnen het 33e internationale
rederijkerscongres, maar het was ook ons jubileum, het zou een
weekend worden waarin we tussen deze twee doelstellingen te
schipperen hadden.
Een prachtig cadeau van de Koning, zo’n erepenning. We hadden
eigenlijk liever een titel, maar ja, kun je zo’n ding nog ruilen zonder
bonnetje? Daar moeten we ’t later nog maar eens met onze Prince
over hebben. De Prince die overigens schitterde door afwezigheid,
meneer de burgemeester moest (alweer) voorrang geven aan de
andere Bosch, tja een reisje naar Madrid schijnt leuker te zijn dan een
reisje over de Maas. Maar hij kan het later natuurlijk nog goedmaken
met nieuwe huisvesting, lijkt me. Dus... niet klagen van de Water.
Dat kan altijd nog.
Na het ontvangen van het prachtige kado van het Verbond, (weer
zoiets waar je een huis voor nodig hebt verd.. nee van de Water niet
beginnen!) en het vaandel, wat natuurlijk een grote wens was die
uitkwam, was het tijd ons op te maken voor het inschepen.
Oh wat hebben we ons verheugd als congresgroep om eindelijk eens
als de bemanning van de loveboat op het dek te kunnen staan en
iedereen te verwelkomen. Nou, ik kan wel zeggen dat dit aan alle
verwachtingen voldeed. Het was een prachtige start van een mooie
tocht naar Heusden waarbij zelfs mgr. Mutsaert met een gedienstige
kapelaan ons vergezelde en ons kon bijpraten over hoe het allemaal
zo gekomen is van Roomsch toneel tot koninklijk gedecoreerde.
Er was genoeg verpozing en amusement en Bacchus zou graag
hebben ingescheept voor zo’n tochtje. Eindelijk in Heusden ging
iedereen van boord en konden die hete bemanningspakken uit. Dat
mocht geen minuut eerder van Toos, dus ja daar hebben we ons maar
aan gehouden. We waren intussen zo gedeshydrateerd dat we ons
vochtgehalte in snel tempo hebben moeten aanvullen en weer
langszij kwamen ten opzichte van het inname niveau van de rest van
de gasten. Dat was toch nog even flink doordrinken.
Het diner op de terugweg was geweldig, er was in overvloed en voor
ieder wat wils. Tja, dat de Chef zo goed kon koken dat wist niemand
natuurlijk, en als hij ‘t niet zelf gemaakt heeft dan heeft hij in ieder
geval goede connecties gehad.
Afsluitend op de markt in den Bosch nog een Bosch bij Night show,
nee echt de eerste dag was een succes, dat durfde ik wel te
concluderen, niks te klagen dus...
Dag twee begon met een Bosch bolletje en daarna de academische
zitting, waarin Hoogleraar Jos Swanenberg het ontstaan van de
Nederlandse taal belichtte en in een zeer verhelderende lezing het
zelfs aan mij kon duidelijk maken. Wat een mazzel zo’n makkelijk
formulerende spreker, daar hebben we vast indruk mee gemaakt.
Toen werd het even stil, want Luc Collin maakte een bijzondere
opening van zijn presentatie van het congres in Brussel volgend jaar.
Ik dacht even dat gaat niet goed maar gelukkig bleken zijn
originaliteit en acteervaardigheden de oorzaak van deze “op het
verkeerde been plaatsing”. Nee die Luc die heeft het goed voor
elkaar, dat gaat weer een mooi congres worden volgend jaar.
Maar eerst toch nog maar even dit jaar afmaken met zijn allen. Toen
we naar de Parade vertrokken bleek dat de organisatie van de
Middeleeuwse markt zich niet aan de afspraken had gehouden. Geen
zitplaatsen en wel 150 gasten.. probeer dan maar eens niet te kl.., nee
van de Water niet doen!
Diederik heeft stapelstoelen getoverd en zette zonder blikken of
blozen iedereen een zitplaats voor, dat is nog eens een oplosser, die
gun je elke kamer wel een. Het werd een prachtige wedstrijd onder
een zinderende zon in Middeleeuwse sferen op een platte wagen. Dat
was wat we ons hadden voorgesteld en zo kwam het uit. Natuurlijk
vooral omdat er voor het juiste weer gezorgd was,( door wie ook
weer, en vooral bij welke heilige nou eigenlijk?).
De jury was duidelijk: alle inzendingen verdienden lof, ieder om
eigen redenen, maar er was er één die met kop en schouders overal
bovenuit stak dat was toch echt de kamer van Luc, de spelers van
Brussel werden uiteindelijk de winnaars, en terecht. Luc nam dus al
een voorschot op volgend jaar, dat belooft wat.
Tijdens de afsluitende warme lunch in het theater kreeg iedereen nog
eens uitgebreid de kans de Jheronymus Bosch wijn te proeven,
gelukkig deden velen dat. Dat smeerde de kelen maar maakte ook de
tongen los.
Het ging toch nog regenen... Het regende complimenten, da’s een
weersverwachting die uitkwam.
Ik wist het wel: als we Jaap Chef de Congres maken dan kan het niet
stuk. Natuurlijk kreeg ik gelijk.
Nee, van de Water niets te klagen!
33ste Internationaal Rederijkerscongres op 4 en 5 juni 2016
te 's-Hertogenbosch
ervaringen en emoties van een 'ancien' .......
Willy De Meyer
Ik draai nu toch al een tijdje mee in dit rederijkerswereldje. Mijn
verschijning is na al die jaren toch al een beetje 'erfgoed' geworden.
Ik word telkens weer herkend en aangesproken door de 'anciens'-
congresgangers. Maar ook die groep krimpt .... Eerst was er een
“Congrescomité“ (1985), later een “Coördinatiecomité“ (1986) en
uiteindelijk een “Verbond“ (1991). Ik werd lid van het
“Coördinatiecomité“ in april 1990 en stond als medestichter mee aan
de wieg van ons Verbond en ben er nog steeds bij .... Ik vermoed
dat ik zowat alle congressen heb bijgewoond. Elk congres was weer
een mooie ervaring. Je leert er personen kennen die een beetje met
een zelfde ingesteldheid bezig zijn in hun Kamer. Het heeft me
steeds weer wat energie bijgebracht om die 'rederijkersspirit' verder
door te geven. En dit jaar mocht ik dan weer deelnemen aan het 33ste
congres in Den Bosch.
Tijdens de voorbereidende besprekingen in de Raad van Bestuur van
het Verbond had ik het gevoel dat het goed zou worden, maar 'hoe'
en 'wat' was bij de start niet duidelijk. Ik hoorde iets over een boot en
kleine bootjes om er heen te varen. Ik was al aan het fantaseren hoe
we van die kleine bootjes op die grote boot zouden geraken. Ik zag al
enkele van die anciens in de touwen hangen langs de boeg om op die
grote boot te klauteren. Maar gelukkig werden die kleine bootjes nu
enkele grote bussen zodat ons een marine-oefening werd bespaard.
We kregen op zaterdagmorgen een hartelijke ontvangst in het
stadhuis van 's-Hertogenbosch. We werden door tientallen gastheren
en gastvrouwen bijna op handen gedragen naar de ontvangstzaal. Het
werd een hartelijk weerzien met met enkele 'anciens'-congresgangers.
Een lekkere, pittige koffie als opkikker en wat degelijke mondvulling
als versterker brachten ons in de juiste sfeer. Het weer zat goed, wat
steeds de 'ambiance' ten goede komt. We maakten ook kennis met de
vele andere congresgangers. We waren met een grote groep.
In de raadzaal was nog een klein ceremonieel voorzien. De lokale
overheid had de eer om aan Moyses’ Bosch de beslissing kenbaar te
maken dat voortaan de titel 'Koninklijk“ mag gevoerd worden en ook
de oorkonde hiervan te overhandigen. Hoofdman Carlo was duidelijk
geëmotioneerd maar behield zijn koelbloedigheid om nog even hun
huisvestingsprobleem aan te kaarten, een magistrale zet op het
schaakbord. Ook de Voorzitter van het Verbond, Johan De Rijck,
overhandigde namens het Verbond een mooi ceramisch beeld met
een masker. Om hun 100-jarig bestaan te onderlijnen hadden zij
besloten om een vlag te laten maken. Het was een bijzonder moment
om deze vlag aan alle aanwezigen voor te stellen. Er was duidelijk
nagedacht over wat op de vlag moest worden afgebeeld. Het resultaat
was zeer mooi.
Dan ging het inderdaad met de bus naar de boot. Geen grote
manoeuvres maar gewoon een loopplank en een mooi onthaalcomité.
De grote kapitein stond fier als een gieter met zijn manschappen de
gasten op te wachten. Met de boot “Columbus“ gingen we op
ontdekkingstocht, niet richting Amerika, maar richting Heusden. Een
goede catering behoedde ons tegen uitdroging door met een gezonde
regelmaat ons een drankje aan te bieden. Het werd genieten tijdens
de gezapig vaart. De groene oevers gleden bijna geruisloos aan ons
voorbij. Nadat de boot aanmeerde aan de voet van een mooie
staakmolen, konden we onder de leiding van een gids de sfeer
opsnuiven van dit mooie vestingstadje Heusden: mooie verzorgde
huizen en straten, smalle tussendoor-gangetjes, sfeervolle pleintjes,
mooie terrassen, ... Dat laatste was zeker welkom aan het einde van
deze wandeling.
Terug op de boot was het voor enkelen een statutair moment met de
algemene vergadering van de vzw van het Verbond. Een verplicht
nummer opgelegd door de wetgeving, maar ook een mooi moment
van 'bezinning en overleg'. Voorzitter Johan De Rijck schetste nog
even de belangrijkste doeleinden die het Verbond op dit ogenblik
nastreeft. En dan was er de terugvaart met de vele gesmaakte 'acts'.
Op een cruise-boot kun je in een zaal naar een vertoning gaan, maar
hier kwam de vertoning naar u toe. Wat een luxe! En dan was er de
kapiteinsmaaltijd. Logistiek gezien is dit geen gemakkelijke
opdracht, maar men toverde enkele mooie en lekkere buffetten uit de
kapiteinspet.
Verder hebben we nog even nagenoten op het buitendek
tot we de bussen zagen staan die ons opnieuw naar Den Bosch
zouden brengen voor een Night Lightshow op de markt, met mooie
projecties op de gevels. Dan met de taxidienst van Vandervalk naar
Vught, om mij dan moe maar voldaan op het bed te laten vallen. Nog
vlug een drankje genomen uit de minibar, een weerbericht bekeken
op een of andere tv-zender ... Morgen wordt het opnieuw mooi
weer. Enig - zo'n congres met goed weer. En dan ben ik met het
bootje de droomlanden binnengevaren ....
Mijn inwendige klok maakte mij tijdig wakker. Even tussen de
gordijnen gluren ... en ja het was mooi weer. Eerst een ruim ontbijt,
taxidienst naar Den Bosch en daar gaan we voor de tweede dag.
Opnieuw start de dag in het stadhuis met koffie en een Bossche bol.
In de raadzaal vindt de academische zitting plaats. Na een warme
verwelkoming, was het de beurt aan de gastspreker Jos Swanenberg.
Hij had het over 'de wording van de Nederlandse taal'. Op een klare
manier loodste hij ons door de tijd en wees aan welke paden onze
taal had gevolgd. Tussendoor brachten twee dames ons enkele mooie
muzikale momenten. Vervolgens kondigde een sublieme Luc Collin
namens zijn Kamer “de Lelie“ het rederijkerscongres 2017 te Bussel
aan, dat zal doorgaan op 9 en 10 september 2017. “Samen bruggen te
bouwen in onze hoofdstad“ is het motto. Het wordt een interculturele
ontmoeting in een grootstad. Vervolgens ontving 'St.-Pieters Vreugd
en Deugd' uit Geraardsbergen van het Verbond nog een diploma voor
hun puike congresorganisatie vorig jaar.
Vervolgens werd gewandeld richting de Parade, een met bomen
omzoomd plein waar de toneelwedstrijd voor de rederijkerstrofee zou
doorgaan. Er waren op het plein allerlei stalletjes opgesteld van oude
ambachten. Tussenin was een platte boerenwagen opgesteld waarop
een wagenspel zou opgevoerd worden door vijf Kamers. De
deelnemende Kamers kregen een tekst, maar moesten er zelf een slot
aan breien. Toen ik de wagen zag dacht ik er aan dat in feite alles zo
begonnen was: een plein, een wagen als podium en toehoorders op
strobalen. 'Back to basics' past hier zeker. Vier Kamers gaven het
beste van zichzelf maar eentje moest afhaken door ziekte van een
acteur. Het publiek genoot van het spektakel. Een driekoppige jury
volgde met scherpe blik en gespitste oren het ganse gebeuren. Na
afloop werd in het theatergebouw een smakelijke lunch aangeboden.
Op het einde van deze lunch werd de uitslag van het toneelgebeuren
mede gedeeld. Unaniem werd 'de Lelie' uit Brussel aangewezen als
beste Kamer, waarvoor ze de trofee in ontvangst mochten nemen. Na
de heerlijke spijzen met koffie na werd het congres afgesloten.
Deze twee dagen hadden de batterijen weer opgeladen. Er werd
afscheid genomen van de vrienden en opnieuw een afspraak gemaakt
voor volgend jaar te Brussel .....
Dank aan en nog een dikke pluim voor Moyses’ Bosch!!!!