0 camers3e24






Terug naar index

Ons Camers và Rhetorike

Erkenning P 608104 V.U. Verbond Kamers van Rhetorica Vlaanderen-Nederland vzw Johan De Rijck, St.Gabrielstraat 120 1770 Liedekerke ” Afgiftekantoor : 9300 AALST 1

April, Mei, juni 2024 - JAARGANG 37 - NR 2

(1)


Voorwoord van de Verbondsvoorzitter

Toen ik eind mei het voorwoord schreef voor ons tijdschriftnummer van juni en besloot met de woorden :’om te genieten van de zon en onze batterijen terug op te laden ‘ kon ik niet vermoeden dat wij een kwakkelzomer in het vooruitzicht hadden. Ik ben natuurlijk Nostradamus niet en ontbeer ook een glazen bol. Je zou voor minder de moed verliezen. Maar we blijven optimist en denken ’hoop doet leven’. Laat ons alle hoop dus vestigen op een goede nazomer. En ook op het feit dat wij rederijkers terug voor vele culturele uitdagingen staan.
Terug blikkend op eind mei -begin juni kunnen wij nog even mijmerend stilstaan bij een zeer geslaagd 3-daags 40ste congres te Brugge. Zoals steeds hebben de afwezigen groot ongelijk om hier niet op aanwezig te zijn.
Een zeer puike organisatie van de rederijkers van de kamer de H. Michiel. Zowel het centraal gelegen ‘Hotel De Medici’ als de locatie van het Sint-Leo college voldeden aan alle verwachtingen. De ontvangst vrijdag in het middeleeuws stadhuis door de zeer aimabele burgervader Dirk De Fauw waren mooie en unieke momenten om te koesteren. Een stadhuis dat geschiedenis uitademt. En tijdens deze ontvangst kregen wij ook een receptie aangeboden in de salons van de burgemeester en proeven van een lekkere ‘ Brugse Zot’ van het vat.
De diverse sprekers van de lezingen zowel op zaterdag omtrent ‘Europa in Brugge, ontstaan en evolutie’, als de lezingen op zondag tijdens de academische zitting door Magda de Vos over het ontstaan van de dialecten in Vlaanderen -blijkbaar een unicum in Europa- en de taal van Guido Gezelle door Johan Ysebaert waren zeer boeiend en een schot in de spreekwoordelijke roos.
Een rederijkerskamer werd heringesteld en het rederijkersverbond is terug een rederijkerskamer rijker . ‘Vroechdendael ofte Berkenriis ‘ zag het herboren levenslicht.
Meer over de beleving van dit congres in de rest van dit tijdschriftnummer.
[2]
Reikhalzend kijken wij ook al voorruit naar het volgend congres te Breda in 2025 ingericht door onze nieuwe rederijkerstelg. Het betreft een ééndaags congres op 7 juni 2025. Eén dag omdat deze kamer zijn structuren nog moet verstevigen. Alvast een datum om nu reeds in jullie agenda vast te prikken. Wij hopen jullie daar zeer talrijk te mogen begroeten. Aan de leden van de aangesloten rederijkerskamers die nog nooit een congres hebben meegemaakt zou ik een ZEER warme oproep willen doen om dit congres zeker eens mee te beleven .
Een kostprijs die zeer laag is en geen overnachting te betalen . Enkel jou willen verplaatsen.

Dus alle sterren staan zeer gunstig om dit mee te maken.

Helaas is er ook minder goed nieuws te melden. Uit het hoge noorden van Nederland kwam bij monde van Jan Albert Buiskool het nieuws dat het KPGRV, Koninklijk Provinçiaal Gronings rederijkersverbond, de v z w. gesticht in 1867 zou willen ter ziele laten gaan en dat elk van de zes rederijkerskamers hun eigen weg zouden gaan.

In het kader van onze ijver om ook in Nederland de rederijkerscultuur te willen laten erkennen is dit desastreus te noemen. Derhalve heeft het bestuursorgaan van het verbond beseft dat bij hoogdringendheid een reddingsoperatie hier op zijn plaats is. Volgende samenkomst van het rederijkers bestuursorgaan op 7 september zal dan ook een zeer belangrijke vergadering zijn en zullen wij pogen een reddingsboei te gooien naar het dreigend ter ziele gaan van het KPGRV. Een juridisch aftoetsen van de wetgeving is hier dan ook aan de orde.

Aan al wie de rederijkerij nog actief beleefd en genegen is , wens ik een geslaagd volgend cultureel seizoen 2024-2025.

Johan De Rijck

I N H O U D S O P G A V E


[3]

1.Een woordje van onze voorzitter
3 Inhoudsopgave
Waar dit nummer over gaat
4. In Memoriam
-Menno Buiskool
-Frank Mullaert
6. 40e Internationaal Rederijkerscongres te Brugge
- Belevingsverslag
9. Kamernieuws
- Rederijkerskamer De Lelie - KTV De Noordstar
- Rederijkerskamer De Waag
- Rederijkerskamer De Catharinisten
- Rederijkerskamer Moyses Bosch
15. In de Schijnwerper
St. Pieter Vreugd en Deugd
17. Verzentaal met een tijdelijke rubriek
22. 41e Internationaal Eéndaags Rederijkerscongres, Rederijkerskamer Vroechdendael, Breda.
-Gedichtenwedstrijd
-Hotels en Parkeren

WAAR DIT NUMMER OVER GAAT...

Wat is het fijn om van vier Kamers nieuws te kunnen vermelden. Extra aandacht gaat dit keer naar St. Pieter Vreugd en Deugd uit Geraardsbergen.
Van het zeer lange gedicht van Paul Vandermeersch, dat hij voorlas tijdens het congres in Brugge kunt U een eerste deel lezen en het smaakt naar meer!
Tenslotte uitgebreide informatie uit Breda waar de rederijkerskamer Vroechdendael voor het congres op 7 juni 2025 aldaar een gedichtenwedstrijd organiseert!
Ik zou dit nummer van ons tijdschrift een bewaarnummer willen noemen!

[4]

IN MEMORIAM

In memoriam Menno Buiskool

Op vrijdag 26 april overleed totaal onverwacht Menno Johannes Buiskool in de leeftijd van 70 jaar. Hij was de jongere broer van onze webmaster Jan Albert Buiskool. Menno Buiskool was lid van de Koninklijke Rederijkerskamer Tollens in Hoogezand Sappemeer en oud lid van het hoofdbestuur van het Koninklijk Provinciaal Rederijkers Verbond. In die hoedanigheid richtte hij, samen met Siem Braakman, het regiefonds op waaruit een 15 tal jaren bij loting telkens een andere kamer van het Verbond voor een jaar een professionele regie kon betalen. Het regiefonds heeft een belangrijke impuls aan de kwaliteit van het toneelspelen gegeven. In zijn studentenjaren richtte hij de Studentenkrant op die nog steeds bestaat. Hij was medeoprichter en tijdelijk voorzitter van de landelijke vereniging van verpleeghuisartsen Verenso en tot zijn overlijden voorzitter van de afdeling Groningen van de Koninklijke Maatschappij van Geneeskunde.

Twee maanden geleden had hij nog plannen om het Koninklijk Provinciaal Rederijkers Verbond nieuw leven in te blazen, helaas heeft dat niet zo mogen zijn.

Menno was een innemende persoonlijkheid, hij wist mensen bij elkaar te brengen. Zijn diplomatieke gaven zullen worden gemist.

In memoriam Frank Mullaert

Met jou verliezen we een gulle en trouwe vriend, alom gekend en erkend.
Jouw veelzijdige talenten: kunstschilder, karikaturist, grimeur, decor ontwerper en bouwer, acteur....bestemden je voor de spotlights vooraan het podium.
Maar jij koos voor het echte werk in de schaduw van de coulissen.
Nooit deed iemand vruchteloos beroep op jouw hulp ...... en je prijs: “nen echte merci” en eventueel een frisse pint.
Een echte Sinterklaas in feite en jaarlijks rond vijf december trok je dan ook telkens weer op pad.
Je zaaide geluk tussen kinderen en wat zon tussen beproefden en minder bedeelden.


[5]
Met ons toneel trokken we samen jarenlang door Vlaanderen, Nederland en zelfs Frans-Vlaanderen.
Anekdotes bij de vleet!
Jij gaf gestalte aan ontelbare personages, maar “Scrooge” was toch een van je toppers.
In de loop van het jaar van de eeuwwisseling werd je tot “Ridder in de Orde van het Gulden Masker” geslagen op het grote stadhuis in Brussel. Jij verdiende deze titel duizend maal Frank. Jij bent en blijft een Ridder en een echte Rederijker in hart en nieren.
Het ga je goed daarboven. Ik ben ervan overtuigd dat je daar door vele vrienden, voorgangers opgewacht wordt. Ik hoor ze al roepen: “Daar zie de Frank potverdekke! Welkom man! Wat drinkt ge?”
En voor ons hier beneden ben je onsterfelijk Frank.
[6]

40e Internationaal Rederijkerscongres te Brugge 31 mei, 1 en 2 juni 2024

Belevingsverslag rederijkerscongres 2024 te Brugge, 31 mei en 1 en 2 juni .

Elk jaar kijken wij er naar uit, het jaarlijkse rederijkerscongres. De inrichtende kamer spaart kosten noch moeite om de collega’s een boeiend en leerrijk weekend aan te bieden. Daar zijn ook de gesellen van de H. Michiel met verve in geslaagd!

Voor wie de tocht naar het mooie Brugge een extra dagje gunde, zorgden onze gastheren voor een uitermate boeiende proloog. In de bekende brouwerij ‘De halve maan’ werden we opgewacht door de Brugse gesellen en kregen we een rondleiding doorheen de gebouwen vol van brouwgeschiedenis en vakmanschap. Het bezoek werd afgerond met een heerlijk koele ‘Brugse zot’, een pint die we ons lieten smaken. Daarna werden we opgewacht in de gotische zaal van het stadhuis waar we welkom werden geheten door de heer Dirk De Fauw, burgervader van Brugge. De ontvangst werd bezegeld met het tekenen van het gulden boek van de rederijkerskamer, een knappe animatie van de geschiedenis van het historische Brugge en een stijlvolle receptie. Dit was een meer dan geslaagde ‘avant première’. De toon was meteen gezet.

Op zaterdag ochtend werden vooreerst alle vertegenwoordigers van de deelnemende kamers verwacht voor de jaarlijkse algemene vergadering. Naast de voltallige leden van het bestuursorgaan van onze VZW, tekenden 13 kamers present. Zowel zelf aanwezig als bij volmacht. Naast de vaste onderdelen (werkingsverslag, jaarrekening en begroting en in deze ook bestuursverkiezingen), bleef er voldoende ruimte over om van gedachten te wisselen. Er bleek een acute nood te zijn betreffende de nodige praktische inzichten voor digitalisering van archieven. De bestuursleden beloofden om rond dit onderwerp een studiemoment te organiseren. Het heikele punt voor wat de kostprijs voor de deelnemers aan het congres aangaat, kreeg ook de nodige aandacht. Nadat onze voorzitter Johan De Rijck de aanwezigen bedankte, konden we de andere congresgangers opzoeken, waardoor voor iedereen het officiële congres van start ging. Vooreerst met een toeristisch luik. Er waren voldoende keuzemogelijkheid tussen verschillende wandelingen door de historische binnenstad van Brugge.

Er was een keuze uit drie wandelingen nl. Brugge en Europa, Het stille Brugge en de koninklijke St-Sebastiaansgilde . Voor de mensen die wat minder mobiel waren was er een lezing door de vroegere directeur van het St-Leo college in dit instituut .

De mensen die voor een wandeling kozen, die alle drie zeer boeiend waren, moesten echter het gure weer en een stevige bries trotseren .De zomer in de lage landen liet het weer eens afweten. De drie wandelingen liepen door de ganse binnenstad van Brugge .De
7
gidsen trokken telkens onze aandacht voor specifieke gebouwen en ornamenten . Dit steeds gekruid met pittige verhalen.

De lezing omtrent Brugge in Europa was zeer boeiend .Het ontstaan van de huidige Europese gemeenschap werd er zeer gedetailleerd in beeld gebracht. Ook waar de naam Europa vandaan kwam, gestoeld op een mythologische leest , waarvan het beeld van de stier in de binnenstad nog steeds getuige is. Tevens werd er over de kleur van de vlag van Europa dieper ingegaan . Deze hemelsblauwe kleur was afgeleid van het blauw van afbeelding van de H. Maagd Maria .En de sterren in de kroon die zij torst zijn de sterren die nog steeds de Europese vlag sieren. Moest men nu een vlag moeten ontwerpen voor Europa zou het wel vermoedelijk een andere kleur en verhaal geweest zijn. Weeral een interessant wist-je-datje. In de late namiddag zakte iedereen af naar het St. Leocollege voor het toonmoment. Diverse kamers droegen hun steentje bij. Alle deelnemers werden met een gul en spontaan applaus bedankt. Ook kreeg de oprichting van de nieuwe rederijkerskamer uit Breda. ‘Vroechdendael’ de nodige aandacht. De kersverse broeders werden met algehele goedkeuring opgenomen in onze rijke ledenlijst. We tellen dus weer een kamer meer. Proficiat aan de initiatiefnemers!

Daarna was het de tijd om de inwendige mens te sterken en ondertussen een leuk gesprek te onderhouden met onze tafelgenoten. Voorwaar een niet te verwaarlozen onderdeel van elk congres. Van deze goede gewoonte mag niet afgeweken kan worden. Onze gastheren van de H. Michiel hadden hierna nog een quiz voorzien tussen Vlaanderen en Nederland, maar het reeds goed gevulde programma noopte de organisatoren om af te zien van dit congresonderdeel. Hopelijk gaat al het werk en de moeite voor de, wellicht, boeiende quiz niet verloren en kan deze in een van onze latere ontmoetingen toch nog gespeeld worden. Eigenlijk zien we er wel naar uit.

Op zondag, na een verkwikkende nachtrust werden we verwacht voor de academische zitting. Dit onderdeel van het jaarlijkse congres is meestal het meest risicovolle. Een grote groep van rederijkers met diverse interesses voldoende boeien is een moeilijke evenwichtsoefening. Maar de gesellen van de H. Michiel zijn hierin met grote onderscheiding geslaagd. Dit was in grote mate te danken aan de sprekers die zij voor ons uitzochten en uitnodigden. Professor Emeritus M. De Vos had iedere toehoorder direct bij de lurven met haar uitermate interessante causerie over ‘Een regenboog aan dialecten in Vlaanderen’. Af en toe een geestige kwinkslag zorgde ervoor dat mevrouw De Vos eigenlijk eindeloos zou mogen doorgaan. Professor Emeritus J. Van Iseghem volgde haar uitstekende voorbeeld met ‘De taal van Gezelle’. Hoe kan het ook anders als je in Brugge bent. Deze academische zitting was een schoolvoorbeeld van hoe je het aanpakt. Een pluim voor de organisatie!
[8]
Met een brede glimlach op de lippen konden we opnieuw onze voeten onder tafel schuiven en genieten van het middagmaal.

Had ik al vernoemd wat de hoofdbezigheid is van onze gastheren? De gezellen van de H. Michiel zijn een respectabel mannenkoor. Even tijd dus om na de middag te luisteren naar een optreden van dit koor. Een boeiende afsluiter van een meer dan geslaagd congres. Een afscheidsdrink bezegelde onze jaarlijkse bijeenkomst, zodat we, na een boeiend weekend in Brugge meer dan voldaan naar huis konden keren.

Een groot pluspunt voor dit congres waren de voorziene locaties. Alle onderdelen gingen ofwel door in het Golden Tulip hotel ‘De Medici’ of in het daarnaast gelegen St. Leocollege, waar er ook voldoende parkeergelegenheid was voor alle deelnemers. Dus geen onnodige of lange verplaatsingen en geen parkeerproblemen waar een organisatie in een binnenstad zoals Brugge wel eens moeite mee heeft. Elk onderdeel was uitermate verzorgd, boeiend en interessant. Bedankt gezellen van de H. Michiel, we hebben ervan genoten!

Erik De Smet
[9]

KAMERNIEUWS


Activiteiten Rederijkerskamer De Lelie - KTV De Noordstar

Rederijkerskamer de Lelie en het honderdvijftig jarige Kroningsjubileum van de Madonna te Halle

Op 19 mei 2024 namen wij deel aan de Kroningsprocessie van de Madonna van Halle.
We gaven er gestalte aan een drietal taferelen en verzorgden er de teksten van: “De dood van Filips de Stoute”, de Madonna en de kanon ballen, de Jezuïeten in Halle

Donderpreek tijdens de Vasten (Luc Collin)

Beminde gelovigen!
Het vlees is zwak.
Maar wegen wat plezier, hebberigheid of een paar
tellen wellust op tegen eeuwig geluk?
Tijdens een van mijn mystieke dromen bezocht ik
de hel. Ik zag er meters hoog rijen zondaars
braden aan het spit. Opengesperde angstogen
keken me smekend aan in rood geblakerde of
korstig bruingebakken gezichten, al naar gelang. Ze
werden door duivels pijnlijk overgoten met de
ziedende saus van hun zonden. Toren hoge
vlammen laaiden op tot de roet zwarte
zolderingen en beknellende snikhete dampen
vertroebelden het zicht. Gekerm en gereutel
sneden door merg en been.
Mijdt het kwade en zeg neen tegen de duivel.

De opvoering van een middeleeuws wagenspel “Malvina van de Malha” naar “Marieke van Nijmegen” was gepland op 1 juli maar werd wegens barre weersomstandigheden verschoven naar een nader te bepalen datum in 2025.

Rederijkerskamer De Lelie en de Ommegang Brussel

Op 3 en 5 juli namen wij deel aan de Ommegang te Brussel als waarschijnlijk oudste Kamer in onze hoofdstad, Vertrek in Warande Park

[10]

“Het Prinsje die niet lachte” en “ De betovering van Nachtegaal Stradivarius” twee verhalen van Luc Collin
Wij bereiden ze voor om interactief te vertellen.

Vol avond stuk:
In 2025 plannen wij een luchtige maar zeer degelijke komedie: “Geweide geschiedenis”.
Een stuk met Monty Python toetsen.
De actie speelt in een Ardens hotelletje eigendom van een labiele “Patron” en zijn bazige echtgenote. In de keuken zwaait een onvoorspelbare Italiaanse kok de plak en een bont allegaartje verblijft er om even te onthaasten.

De première is gepland op zondag 9 maart 2025 om 15u in “Het Huys” Egide Van Ophemstraat 46 te Ukkel

Dan wordt er in CC de Merselborre, Schaliestraat 2 te Vlezenbeek (Sint Pieters Leeuw) gespeeld ten voordele van de Ziekenhuis Clowns en dit op: zaterdag 15 maart 2025 om 20u en zondag 16 maart om 15u

Wij eindigen onze optreden reeks in De Boesdaalhoeve Toekomstlaan 52b, onze t huishaven in Rode en spelen er op:
vrijdag 21 maarten zaterdag 22 maart 2025 telkens om 20u15 en op
zondag 23 maart om 15u

Verdere info: 02/3805898

[11]

Activiteiten Rederijkerskamer De Waag, Liedekerke

Van de brandkast in de hangkast

Productie januari 2025 Regie: Frans Vanderschueren
Auteur: Michel Andre
Locatie: GC Warande - Opperstraat 31 - 1770 Liedekerke
Voorstellingsdata: vrrijdag 24-januari 2024 - zaterdag 25 januari 2025 -
zondag 26 januari 2025 - woensdag 29 januari 2025 - vrrijdag 31 januari 2025 - zaterdag 1 februari 2025
Aanvangsuur: 20u - 15u (zondag)

Na het plegen van een holdup verbergt één van de gangsters zich, samen met zijn vriendinnetje, in een appartementsgebouw tegenover de geplunderde bank en verbergt de buit in de hangkast. Wanneer mijnheer Perrin, eigenaar van het appartement én vrijgezel, opduikt ontstaan rare situaties. Kan Perrin alle vrouwelijke aandacht de baas? En kan zijn buurman én politie-inspecteur verhinderen dat ze met het geld ontsnappen? Voor zijn 50-jarig jubileum kiest Kamer Van Rethorica Toneelkring DE WAAG voor een knotsgekke komedie die het brede publiek zal weten te bekoren!

50-jarig bestaan - een koninklijk feest

April-mei 2025

In het jaar 2025 mag Kamer Van Rethorica Toneelkring DE WAAG uit Liedekerke maar liefst 50 kaarsjes mag uitblazen. In het kader van deze festiviteiten plannen zijn in het voorjaar een feestelijke viering waarop eveneens oud-leden, regisseurs en collega’s zullen worden uitgenodigd. Daarenboven ambiëren zij tevens de titel van ‘Koninklijke vereniging’ als kers op de taart voor hun jarenlange bijdrage aan het bruisend verenigingsleven in Liedekerke, vriendschap én liefde voor theater.
[12]

Activiteiten Rederijkerskamer De Catharinisten, Aalst

E JOSSEN - JOKA - OKTOBER 2024

JOKA (Jong Katrienen) trapt ons seizoen af met "De Jossen" van Tom Lanoye, in een regie van Tina De Bisschop. Het wordt een intrigerende voorstelling die u meeneemt naar "De Jossen", een mysterieuze ruimte waar iedereen Jos is. Het gaat over uniek zijn, over u en over ons allen.

DE VADER - DECEMBER 2024

In december brengen we "De Vader" van Florian Zeller, geregisseerd door Marnik Baert. Een pakkend stuk dat u niet onberoerd zal laten over André, die steeds verder wegzakt in het doolhof van alledag, en zijn strijd tegen dementie.

DE TWAALFDE NACHT - MAART 2025

In het voorjaar brengen we voor U "De Twaalfde Nacht" van William Shakespeare, bewerkt en geregisseerd door Wouter De Caluwé. Een komedie over de liefde, vol misverstanden en vermommingen.
[13]

Activiteiten Rederijkerskamer Moyses Bosch, ‘s-Hertogenbosch



[14]



[15]

IN DE SCHIJNWERPER St. Pieter Vreugd en Deugd, Geraardsbergen

Voorstelling Marie Van de Mergel

Nieuwe Prince (voorzitter) van vzw Koninklijke Rederijkerskamer Sint-Pieter Vreugd en Deugd

Beste Rederijkers uit Noord en Zuid,

Met heel veel enthousiasme stelde ik me kandidaat om Prince te worden van onze Geraardsbergse rederijkerskamer. Mijn achtergrond in de evenementensector gaf me hiervoor enige zelfzekerheid, net als mijn ervaring binnen het bestuur en de vele gesprekken die ik over mijn kandidaatstelling had met de verschillende bestuursleden. Het maakte me enorm gelukkig uiteindelijk unaniem verkozen te worden als nieuwe Prince en ik besef dat het niet onbelangrijk is dat ik zowel een vrouw als een jong persoon ben die aan het hoofd komt te staan van een rederijkerskamer.

Hierbij wil ik mijn voorgangster Martine De Wetter - die twee jaar Prince ad interim was - van harte bedanken. Zij was de eerste vrouwelijke Prince in de geschiedenis van onze rederijkerskamer en heeft vele jaren dienst bewezen in het bestuur en in het verenigingsleven! Ze blijft nog steeds actief in onze rederijkerskamer, maar wenste wegens haar gezondheid een stapje opzij te zetten en plaats te maken voor de jeugd in het bestuur.

Ik zal mijn nieuwe functie met veel motivatie en frisse energie naar mijn beste kunnen bekleden. Ik heb een bestuur rondom mij dat me ondersteunt en zal helpen groeien in deze functie. Meer nog, we zijn er voor elkaar en zelfs de grootste crisissen in de dagelijkse werking weten we telkens weer op te lossen, als een team! We willen dat de leden ook weer des te meer voelen dat we er zijn voor hen en dat ze hun ei moeten kwijt kunnen in de vereniging.

We hopen het leven in onze vereniging mettertijd een frisse wind in te blazen en het engagement weer aan te wakkeren. Het zal niet enkel in onze vereniging zijn - het is een fenomeen in de huidige maatschappij - dat de actieve mens heel veel interesses en activiteiten, maar ook veel verplichtingen in z’n leven heeft, en dat het niet zo vanzelfsprekend meer is om iedereen samen te krijgen voor een bijeenkomst. Alle begrip daarvoor, dus we zullen ons uiterste best blijven doen de sfeer in de vereniging zo leuk mogelijk te houden en onze plezierige tradities te blijven behouden.

Ik ben iedereen heel dankbaar: onze rederijkerskamer, de andere rederijkerskamers, het Verbond, ... voor alle inzet om de rederijkerscultuur in leven te houden. Zoals jullie zien, er zijn wel degelijk jonge rederijkers - die zijn de toekomst - maar we zullen hard moeten blijven werken om dit erfgoed te laten voortbestaan!
16

Ik heb er alleszins heel veel zin in en kijk alvast uit naar het komende seizoen en daar hoort ook het rederijkerscongres in Breda bij. Geraardsbergen zal zeker aanwezig zijn!

Met welgemeende groeten, Marie Van de Mergel

Programma Seizoen 2024-2025


vzw Koninklijke Rederijkerskamer Sint-Pieter Vreugd en Deugd

NAJAAR 2024

De nacht van de zestiende januari
Auteur: Ayn Rand

Locatie: Raadzaal, Stadhuis, Geraardsbergen

Data: zaterdag 23, zondag 24, woensdag 27, vrijdag 29, zaterdag 30 november 2024 + succesoptie zondag 1 december 2024

Regisseur: Geert De Vos

Op 16 januari, tegen middernacht, viel het lichaam van Bjorn Dupont, tot een vormloze massa te pletter aan de voet van het Dupont-gebouw. Uit het daaropvolgend onderzoek bleek dat zijn onderneming op een enorme zwendel berustte en op de drempel van een bankroet stond. Hierdoor zouden duizenden beleggers gedupeerd worden. Zijn secretaresse Karen Andries werd gearresteerd, verdacht van moord op Bjorn Dupont. We bevinden ons in de rechtszaal waar het proces plaatsvindt. Werd hij werkelijk vermoord, of pleegde hij misschien zelfmoord? Een jury gekozen uit het publiek zal plaatsnemen op de scène en aan het einde van het stuk mogen beslissen over het verdict “schuldig of onschuldig”.

VOORJAAR 2025

God van de slachting
Auteur: Yasmina Reza
Locatie: Koetshuis, Abdijpark, Geraardsbergen
Data: Zaterdag 22, zondag 23, woensdag 26, vrijdag 28 en zaterdag 29 maart 2025
Regisseur: Rudy De Laeter

Wanneer een elfjarig jongetje een ander met een stok twee tanden uit de mond slaat én daarbij geen berouw toont, moeten de volwassenen praten. Dat vinden de ouders van het slachtoffer. Dus komen de twee koppels samen om de dingen uit te praten en op een beschaafde manier te zoeken naar oplossingen. Een formaliteit. Ze zijn immers ruimdenkende, fatsoenlijke mensen. Politiek correct ook. En verstandig. De glazen worden voller en weer leger en de gezelligheid slaat gauw om. Wanneer de situatie volledig escaleert, lijkt beschaving ver te zoeken en wordt de menselijkheid wel erg stevig gerelativeerd. Messcherpe dialogen en vuistharde humor maken dit stuk tot een komedie waarin kleine, menselijke drama’s uitmonden in hilarische, bitterzoete taferelen.

17



V

E

R

Z

E

N

T

A

A

L

Inleiding tot een tijdelijke rubriek

Tijdens het congres in Brugge heeft de onvolprezen rederijker Paul Vandermeersch een indrukwekkend gedicht voorgelezen.
Een lang gedicht dat we graag hier willen plaatsen; maar wel in delen omdat er niet voldoende ruimte is om het in zijn geheel op te nemen.

Het snoer van woorden dat de Muze in mij liet varen,
in ‘t vroede,
in ‘t amoureuse en in de sotternie,

WELKOMSTLITANIE.

Gij al lieve leuke luiden
uit het Noorden en het Zuiden
met een hart van koek en ei
voor de rederijkerij,

al wie dik of groot of klein
kaal of schraal of schrepel zijn
zij die min of meer bejaard
drager zijn van snor of baard, sloom of kwiek en bij de pinken
vrij en vrolijk als de vinken
recht door zee en voor de raap
resolute geus of paap;

‘t Kruim der intellectuelen
poëtasters, minnestrelen,
snuiters, strak in pak met das
kunstenaars met kingewas
lady’s in couturejas
gracieus qua silhouet
hoogstaimabel en koket
welgeschapen, weldoorvoed
‘t bloesje vol van overmoed;

Dutsen die zich zonder blozen
aandienen als bollebozen
kortgekeerd en hooggeleerd
doorgaans taalgeobsedeerd,
die ‘t bargoens van Merelbeke
Leke of Zeveneken spreken
Almelo, Delft, Knokke-Heist
Hemelveerdegem of Zeist,

‘t Haags bekakte idioom
dialect van Berg-op-Zoom
of door letters in te slikken
adamsappels laten klikken
zich in h’s en g’s verstrikken,
kouten met West-Vlaams accent
klappen in de spraak van Gent
of een tongval zijn gewend
uit de buurt van Purmerend;

Konferaters, vlotte praters
gij al wauwelaars en snaters
die in Brugge samenzijt
toegestroomd van wijd en zijd
uit de Lageland-contreien
jullie wil ik met trocheiën
tot ons aller taalvermaak
groeten in mij moeders spraak.

Doch de zuipschuiten en snollen
schuinmarcheerders, losse bollen
uitdenkers van grove grollen,
trienen, zurkeltrutten,
kallen die luid lul- en lal- en brallen
onbehouwen schelm, schavuit
of kornuit vliegen er uit!
Idem voor de ijdeltuit.

Zure pruimen, zeure-pieten
met halfblote tieten
achterbakse hypocrieten
zij snel hun boeltje pakken
dat zij met klik- en klakken
als bedervers van de pret
worden aan de deur gezet;

Uilekuikens, luie-lakken,
schobbejakken, labbekakken,
wildebrassen, pallejassen
vragen wij om op te krassen.
sloeries, schorriemorrie
de compagnie en sorry
ik 't jullie lastig maak
stel ik aan de kaak.
Xantippe of klappei
19
bij ons in het gevlei!
de Here, krijg de klere.
'k Wens malloten naar den duuvel.
Trees Lawijt
willen wij kwijt !
Ware driedekkers van wijven
dienen evenmin te blijven.
En van ieder bietekwiet
heeft men des te meer geniet
des te minder men hem ziet.
Zij die zakken rol- of vulden
stakkers met het gat vol schulden
kunnen wij nog minder dulden.

Allengs wordt het mooi- en mooier :
Weg de schooier, weg de klooier!
Gooi z’er uit de rottezooi
met d’allure en t’allooi
van een lichtekooiepooier.
Met senielen, met de zot
en schlemielen op de pot!

Godallemachtig, godverblomme
godmiljaardesakkerdjuu
krijg de pleuris nondeku
naar de helle potverdomme
naar Mefisto en zijn kliek
met die rotsanteboetiek

Trieste infantiele zielen
het gespuis van dertien stielen
potentiële randdebielen
lichten best meteen de hielen.

Heus heel treurig, sikkeneurig
maakt dit schorem mij alvast
brengt mij in woordenlast.
Luidop vrienden mag gezeid. :
- gaat boven kwantiteit.
wij vaak “ in Tijdt Verblijdt”
zijn het in waardigheid
en ...eerzaamheid.

Toch bezweer ik pronte dames
erg gesteld op deugd en ere
20
zich in niets te hoeven schamen
voor het onfatsoen van heren.
Naar West-Vlaamse translocatie
suggereert “Verblijdt in Tijdt”
dit tot veler appreciatie
expliciet: ” De tiet verbliedt”.
Voor de heren uitgerekend
lijkt dit vrijwel vanzelfsprekend
lekker handvol tiet verbliedt.
Hoe charmanter, eleganter,
dolle pret in het verschiet.
Ietépetiet leidt tot verdriet.
Dames lief met wat u biedt
stijgt of krimpt jullie krediet.

Over wat men rondom ziet
zeg ik niets; toch zeg ik niet
dat ‘t op niets lijkt wat men ziet.
Doch gevlei van mij en smoezen
zijn het moest ik zeggen ziet
om de heren te beroezen
toeft hier ‘t keur der snoezepoezen
met het puik der poezeloezen.

Welkom aan de personages
van verscheidene pluimage
in de allernieuwste look
slobbertrui of spijkerbroek
nonchalant in fraai colbertje
of een aftands pittalertje
lijk in ‘t lied van Boerke Naas
ver van hedendaags helaas
maar laat dit geen hinder wezen.
Lies in minirok of Loes
in haar leuke doorkijkbloes
vallen des te meer te vrezen
met een uitsnijding of split
die van menig mannelijk lid
het lid lichtelijk verhit.

Mochten schijnheilige heren
losjes uit de pols beweren
en bij hoog en laag staan zweren
sex-appeal niet te waarderen
en de streepjes bloot negeren
21

waarmee deernen steels charmeren
kan dit ‘t vrouwvolk diep choqueren.

Ofschoon van voornoemde heren
sommigen zich niet generen
in den duik te profiteren.
Zelfs een krasse bompapa
in zijn pak van C&A
laat zich door de kiekeboe
van een opgetutte kaketoe
op den duur nog imponeren.
Hartstocht heerst er goed en wel
rond een streepje kippenvel.

Hoe of wat gij ook gekleed zijt
wat of hoe gij ook gekneed zijt
snel gedraaid of rap gekeerd zijt,
uitgedost gelijk een pauw
in oranjerood of blauw
deftig pak -asjemenou !-
kleurig, fleurig, fris en fraai
trots gelijk een Vlaamse gaai
jeugdigen of oud van dagen
die een hoed of klakske dragen
of een keppel of een sjaal
wees gegroet gij allemaal.

Aan de hele rataplan
wordt dit vaars graag opgedragen
aan ü mannen uit Zaandam
wakkere burgers uit Veendam
Scheveningen, ‘s Gravenhage
Dronten, Drongen, Bommerskonten
Zwolle, Lommel, Mol, Zaltbommel
Schin op Geul, Peer, Perk of Paal
Land van Loon, van Maas en Waal
Maastricht, Maaseik, Rozendaal
framasson of klerikaal.
Lui uit Broek in Waterland
uit Perkpolder of uit Zolder
ofwel Zichen-Zussen-Bolder
Rumst of Alphen aan de Rijn
Aalst of Schagen, verre magen
van Jan Breydel of Piet Hein.

...wordt vervolgd !


[22]

41e Internationaal Rederijkers Congres te Breda Op 7 juni 2025

Kamer Vroechdendael oft Berckenriis organiseert het komende ééndaagscongres in Breda

Het congres krijgt als thema mee:

“Buiten de lijntjes kleuren”

De kosten van congresdeelname zijn € 85,- per persoon!

Hoewel het congres ééndaags is, staat het eenieder vrij om eerder te komen en er een compleet Pinksterweekendje Breda van te maken.

Alle informatie over hotels, parkeergelegenheden en algemene toeristische informatie krijgt U in dit en volgende nummers van dit tijdschrift te lezen.

Het programma ziet er als volgt uit:

10.00 - 10.20 uur inloop en ontvangst
10.20 - 10.30 uur Opening Congres
10.30 - 12.00 uur Academische zitting: lezing door Prof. Dr. Anne-Laure van Bruaene
12.30 - 13.45 uur Lunch
14.00 - 15.00 uur Toeristisch luik
15.15 - 17.00 uur Gedichtenwedstrijd met prijzengeld van € 450,-
17.00 - 17.15 uur Bulle en Caerte
17.15 - 18.15 uur Aangeklede borrel/afscheid

De verplaatsingen tijdens het congres zijn 240 meter (afgezien van het Toeristisch luik)
Met een strak schema kunnen vrijwel alle elementen van een congres in één dag worden ingevuld!

Hieronder volgt de informatie over de voorwaarden om aan de gedichtenwedstrijd mee te doen.

De Algemene Ledenvergadering of Statutaire Vergadering is van 09.30 uur tot 10.15

NB: De capaciteit van de ruimtes, waar het congres en de maaltijd zal worden gehouden, is begrensd. Maximaal 125 personen kunnen deelnemen aan het congres en de regel wordt gehanteerd dat wie het eerst komt, het eerst maalt!

[23]

De opdracht in het kader van het rederijkersconcours 2025

Zelfstandig, zelfredzaam en vrij Opdracht:
  1. Schrijf een gedicht van tenminste 40 regels over één van de genoemde onderwerpen; zowel genoemde bronnen als andere bronnen mogen worden gebruikt.
  2. Stuur dat gedicht voorzien van de naam van de schrijver en de Kamer vóór 14 april 2025 naar bvh@vanhalem.nl
  3. Draag het gedicht tijdens het rederijkersconcours op zaterdag 7-6-2025 voor op een wijze naar keuze: gelezen, gezongen of in de vorm van een voorstelling door één of meerdere personen op het podium.

Als aan deze 3 voorwaarden is voldaan kan de inzendende kamer in aanmerking komen voor één van de volgende prijzen:

1e prijs € 250,00
2e prijs € 125,00
3e prijs € 75,00

Alle deelnemers ontvangen een oorkonde ten blijke van hun participatie.

De jury zal worden gevormd door:
  • Prof. Monika Triest, hoogleraar em. vrouwenstudies en deskundige op het gebied van de begijnenbeweging
  • Martin Rasenberg, beheerder Begijnhof Breda en Deken van Vroechdendael
  • Bauke ‘Freiherr’ van Halem, Factor van Vroechdendael
Uitwerking:

In de (literatuur)geschiedenis staat vaak de man centraal. Op een middeleeuwse luidklok van de Bredase Onze-Lieve-Vrouwekerk stond echter de volgende tekst:

Wie tot Breda in vreugd wil leven, die moet de vrouwen de overhand geven.”

Tijdens het rederijkersconcours 2025 staat de vrouw centraal en met name de begijn. Hierna volgen zes aspecten die in relatie staan tot de Europese begijnenbeweging en meer in het bijzonder het (Bredase) Begijnhof. Per aspect kan een korte beschrijving als basisgegeven gelden en staat het de deelnemers vrij om meer achtergronden op te speuren en te gebruiken in het gedicht. Ook hier kan het zijn dat bij meerdere deelnemers een gegeven aspect vaker aan de orde komt. De navolgende aspecten kunnen worden gezien als bouwstenen die in de breedste zin geïnterpreteerd kunnen worden.

[24]

Aspecten
1. Hadewijch van Antwerpen
2. Begijnhof-historie
3. Begijnhof en de relatie met de heren van Breda, de Nassaus en de Oranje-Nassaus.
4. Kleurden (individuele) Begijnen buiten de lijntjes?
5. Catharina van Alexandrië en andere beschermheiligen voor begijnhoven.
6. Andere (verdwenen) begijnhoven of begijnengemeenschappen.
1.Hadewijch van Antwerpen

Hadewijch is de hoogste top in het bergland van onze middeleeuwse letteren

Hadewijch was een mystica getuige haar gedichten en brieven. Haar levensverhaal heeft veel weg van een mythe en is grotendeels onbekend. Zelfs de toevoeging ‘van Antwerpen’ is moeilijk aantoonbaar want is pas in 1487 toegevoegd aan haar naam.

Hadewijch was ongetwijfeld van gegoede afkomst, misschien zelfs van adel. Zij was zowel met Latijnse theologische teksten als met een overwegend Franse traditie van minneliederen (chansons) vertrouwd: voor een vrouw was dat in die tijd op zich al uitzonderlijk, en enkel denkbaar in milieus met financiële armslag. Ook de reizen die zij blijkbaar maakte, zijn alleen mogelijk vanuit die veronderstelling. Haar talenkennis getuigt van een meer dan gewone eruditie. Naast het Diets beheerste zij ook het Frans en Latijn en ze deinsde er niet voor terug om in discussie te treden met vooraanstaanden uit haar tijd.

Hadewijch bleek ook verbazend onafhankelijk: een enkele keer vertaalde en hertaalde ze iets van een tijdgenoot en er zijn voldoende aanwijzingen dat ze goed op de hoogte was van wat er in haar tijd te koop was. Het beeld dat van Hadewijch beklijft is echter vooral dat van een persoon die in denken en handelen enorm zelfbewust was, en in totale onafhankelijkheid haar eigen keuzes maakte.

Eerst door alle geschriften over haar werd zij een concrete figuur; zo concreet dat ze in elk geval een inspiratiebron is geweest voor de begijnenbeweging.

Dr. J. F. Heijbroek schrijft in de wetenschappelijke beschrijving Geschiedenis van Breda I. De Middeleeuwen: “Als het werkelijk zo is, dat men de grootste lyrische dichteres en prozaschrijfster van de Middeleeuwen, Hadewijch, met Breda in verband mag brengen, dan moet bij haar, dus ongeveer in 1250, worden begonnen als men iets wil vertellen van het literaire verleden van de stad.” De relatie tussen Hadewijch en de stad Breda is onzeker. Toch noemt Hadewijch in haar bekende ‘Lijst der volmaakten’ een zekere Hendrik van Breda. Ze schrijft: “Mine, clusenerse die varre doren Sassen lach, daer ic herren Heynrecke van Breda toe seinde.” Prof. De Paepe stelt dat Hadewijch goed [25] bekend moet zijn geweest met deze Hendrik van Breda, die zich op haar verzoek over de kluizenares Mina in (Neder?)Saksen zou hebben ontfermd. Dr. Van Mierlo schrijft in 1921 dat het hier zou gaan om Hendrik IV van Schoten, die tussen 1246 en 1254 heer van Breda was. Zeker is in elk geval dat Hadewijch de naam noemt van ene ‘Heynrecke van Breda’, een man die zij persoonlijk goed heeft gekend.

2.Begijnhof-historie

1267 is het jaar waarin voor het eerst aantoonbaar is dat het Begijnhof in Breda was gevestigd. Het werd mogelijk al eerder daar gevestigd, maar als zo vaak bij historisch onderzoek is het juiste moment zelden exact te duiden.

Zeker is dat in juridische zin het Bredase Begijnhof onafgebroken tot de dag van vandaag sinds die eerste datum bestaat.

Het Begijnhof van Mechelen is van ouder datum (begin 13e eeuw), maar viel bij de Franse overheersing aan de staat, terwijl het Bredase Begijnhof altijd door het huis Oranje-Nassau werd beschermd. Hoewel de laatste Begijn, Cornelia Frijters in 1990 stierf, bestaat het Begijnhof met haar oorspronkelijke structuur nog steeds.

Oorspronkelijk stond het Begijnhof op het terrein van het Kasteel van Breda, maar het werd in 1535 verplaatst naar de huidige locatie omdat Graaf Hendrik III van Nassau vond dat het te dicht bij het kasteel stond en daarmee binnen het schootsveld van het ‘moderne’ geschut lag.

3.Begijnhof en de relatie met de heren van Breda, de Nassaus en de Oranje-Nassaus

Zeer bekend is het feit dat het Bredase Begijnhof als instelling gedurende meer dan 750 jaar is kunnen blijven voortbestaan dankzij de bescherming die de heren van Breda, met name de Nassaus, hebben gegeven. Die constatering is niet onjuist, maar het ligt iets genuanceerder. Vrijwel alle Begijnhoven werden immers beschermd door hun lokale heer, doch dat heeft tenslotte bij hen niet geholpen. In Breda deed zich echter een bijzondere samenloop van omstandigheden voor:
  • Op verzoek van Hendrik III van Nassau moest in 1535 het Begijnhof verhuizen omdat het in de weg lag voor een gewenste uitbreiding van zijn kasteel. Die wens heeft geleid tot uitvoerige onderhandelingen met de begijnen die daarbij uiteraard een uitstekende onderhandelingspositie hadden en benutten. Het resulteerde dan ook in een overeenkomst van 1531 waarin niet alleen die verhuizing werd geregeld maar waarin tevens, mede namens alle rechtsopvolgers, werd vastgelegd dat de Nassaus de Bredase begijnen steeds zouden beschermen tegen iedere vorm van inbreuk op hun bestaan. Met andere woorden: de reeds informeel geboden bescherming werd voor altijd contractueel vastgelegd in een charter dat de begijnen dan ook voortaan steeds tevoorschijn haalden iedere keer als zij bescherming nodig hadden.
  • De Nassaus die deze bescherming toezegden, werden door het verloop en resultaat van de Tachtigjarige Oorlog de machtigste familie van Nederland, in de negentiende eeuw zelfs de [26] Koninklijke familie, die dan ook een bescherming konden bieden die niemand anders had kunnen bieden.
  • De Nassaus bleven zich gebonden achten aan de toegezegde bescherming en hielden terzake derhalve steeds opnieuw hun woord hetgeen niet vanzelfsprekend was in de toenmalige omgang tussen protestanten, zoals de Nassaus, en katholieken, zoals het Begijnhof. Toen Maurits in 1590 Breda innam gaf hij enige dagen later een schriftelijk document af waarin hij die toegezegde bescherming nog eens vastlegde. Toen Frederik Hendrik in 1637 de stad innam liet hij vanuit zijn legerplaats een soortgelijk document aan de begijnen bezorgen nog voordat hij zelf de stad betrad. Toen na afloop van de Tachtigjarige Oorlog de begijnen hun kerkgebouw moesten afstaan aan de Waalse Gemeente die vanaf dat moment via de poort van het Begijnhof voortaan “hun kerk” betraden gaf dat spanningen. Daarop verordende stadhouder Willem II in 1649 dat de Waalse Gemeente de hoofdingang van de kerk zouden moeten dichtmetselen en een nieuwe ingang aan de zijkant zouden moeten maken rechtstreeks naar de straat, zijnde zoals bekend nog steeds de bestaande situatie.

4. Kleurden (individuele) Begijnen buiten de lijntjes?

Adellijke dames wilden zich niet voegen in de regels die eeuwenlang golden voor vrouwen. Zij wilden geen huwelijk aangaan, maar ook geen eeuwige geloften afleggen bij het intreden in een klooster. Zij wilden het vrije eigendom over het eigen vermogen bewaren en zelf bepalen aan welke doelen zij hun geld besteden. Het was voor een alleenstaande vrouw echter zeer onveilig om zich alleen te vestigen in een middeleeuwse stad. De begijnen vonden daar iets op: ze gingen samenwonen met een groep vrouwen en wilden aan elkaar wel een belofte van kuisheid en gehoorzaamheid afleggen. Rijkere vrouwen namen arme vrouwen in hun eigen woning op. Deze autonome begijnengemeenschappen vormden zo een zeer vrije, zelfstandige, lekenbeweging -geen kloosterorde (!)- binnen de Katholieke Kerk. Wilde een begijn weer vertrekken uit een begijnhof dan was ze daar vrij in.

5.Catharina van Alexandrië

Zij weigerde de Keizer te huwen omdat ze bruid van Christus wilde zijn en ze protesteerde tegen de vervolging van Christenen; ze won met gemak een debat met vijftig heidense filosofen en ze werd veroordeeld tot de dood op het rad. Maar het rad brak en tenslotte werd ze onthoofd. Catharina werd zo (onder meer) beschermvrouw van mensen die op sterven lagen, maar ze was ook de patrones van de wagenmakers. Ze was een wijze en goed opgeleide vrouw. Haar naamdag als Heilige is 25 november. Vanwege haar levensverhaal werd zij door begijnen regelmatig gekozen tot beschermheilige van een hof. Zij is sinds 1267 ook de beschermheilige van het Begijnhof te Breda. Andere beschermheiligen voor de begijnhoven waren natuurlijk Maria en ook Maria Magdalena en Elisabeth.

[27]

6.Andere (verdwenen) begijnhoven of begijnengemeenschappen

Niet elke begijnengemeenschap beschikte over een eigen begijnhof. Begijnhoven als besloten gebouwencomplexen komen enkel voor in het huidige Nederland, België en Noord-Frankrijk. Op andere plaatsen leefden kleinere begijnengemeenschappen in de vorm van een convent (begijnenhuis).

Zoals hiervoor beschreven is het Begijnhof Breda als zelfstandige instelling blijven bestaan. De ontwikkelingen elders in Europa zijn geheel anders gelopen. In het Duitse taalgebied zijn alle honderden begijnenconventen na de reformatie en de daarop volgende godsdienstoorlogen verdwenen. In Nederland zijn vanaf ca. 1600 alle begijnhoven onteigend en gesloopt behalve, afgezien van Breda, in Amsterdam aangezien de woningen van dat hof alle particulier bezit waren van rijke Amsterdamse families die zich die woningen niet lieten afpakken.

In de volgende Nederlandse plaatsen zijn de begijnhoven verdwenen: Groningen, Leeuwarden, Kampen, Deventer, Zutphen, Nijmegen, Enkhuizen, Alkmaar, Haarlem, Noordwijk, Leiden, Nieuwpoort, ’s-Gravenhage, ’s-Gravenzande, Delft, Schiedam, Rotterdam, Gorinchem, Dordrecht, Utrecht, Bergen op Zoom, Oisterwijk, Heusden, ’s-Hertogenbosch, Oirschot, Eindhoven, Helmond, Grave, Zierikzee, Middelburg, IJzendijke, Aardenburg, Hulst, Venlo, Roermond, Thorn, Sittart en Maastricht. In sommige gevallen is wel een klein gedeelte van de bebouwing van zo’n voormalig begijnhof bewaard gebleven. Ook zullen her en der nog archiefbescheiden aanwezig zijn.

In de Napoleontische tijd zijn alle kerkelijke gebouwen, waaronder alle begijnhoven, in Frankrijk en België onteigend en tot staatsbezit gemaakt. Dit is nimmer teruggedraaid. De bebouwing van de begijnhoven, met name in België, bestaat nog doch de woningen aldaar zijn verkocht, verhuurd of anderszins aan derden in gebruik gegeven. Een begijnhof in België heeft dan ook als zodanig geen bestuur, geen werkapparaat, geen inkomstenstroom en geen telefoonnummer. Dit met uitzondering van het in de 19e-eeuw gerealiseerde Begijnhof te Sint-Amandsberg bij Gent.

Dit alles leidt tot de verrassende conclusie dat het Begijnhof Breda de enige nog functionerende begijneninstelling is van de vele honderden die in de middeleeuwen binnen Europa zijn ontstaan.

U kunt informatie over een nog bestaand begijnhof in Nederland, België of Noord-Frankrijk of een verdwenen begijnhof in Nederland of een verdwenen begijnengemeenschap in Nederland, België, Duitsland, Frankrijk of elders in Europa verwerken in een gedicht. [28]

Literatuursuggesties:

  • Dr. G.P.M. Knuvelder, Beknopt Handboek tot de Geschiedenis der Nederlandse Letterkunde
  • www.hadewijch.net
  • Dr. F. Gooskens (red.): Het Bredase Begijnhof in veranderende tijden (Breda, 2017)
  • Prof. dr. Walter Simons: Cities of Ladies. Beguine Communities in the Medieval Low Countries, 1200-1565 (University of Pennsylvania Press, 2001)
  • Prof. Monika Triest (red.): Grote Madammen. Het Sint-Elisabethbegijnhof in Gent en Sint-Amandsberg. (Averbode, 2011).
  • Laura Swan: The Wisdom of the Beguins. The Forgotten Story of a Medieval Women’s Movement. (Bluebridge, 2016)
  • Dr. J. F. Heijbroek: ‘Literatuur en wetenschap’ in: Geschiedenis van Breda I. De Middeleeuwen
  • www.begijnhofbreda.nl
  • Paul Marchal: De begijnen een Europees verhaal. 800 jaar begijnen in Europa (Hasselt, 2020)
  • M.M.M. Rasenberg: ‘De bijzondere positie van het Bredase Begijnhof’ in: Begijnhofkrant 69, herfst 2020.
  • Evangelieteksten: Luc. 8, 2-3.; Math. 27, 55; Marc. 15, 40; Luc. 24, 1-3; Joh. 20, 11-18.

    Hotels en parkeren in Breda

    De hieronder genoemde hotels liggen allen op loopafstand van de Congreslocatie:
    De Waalse Kerk en het Begijnhof. Het adres is Catharinastraat 83 en pal daarnaast is de ingang van het Begijnhof, Catharinastraat 45.

    De hotels liggen allen in het centrum van Breda, vlak bij de Grote Markt.

    Leonardo Hotel, Stationsplein 14, 4811 BB Breda
    Golden Tulip Keyser, Keizerstraat 5, 4811 HL Breda
    Hotel Nassau, Nieuwstraat 23, 4811 WV Breda
    Hotel Sutor, Catharinastraat 2, 4811 XH Breda
    Boutique Hotel van Ham, Van Coothplein 23, 4811 NC Breda

    Er zijn nog veel meer hotels in Breda die wat verder van het centrum liggen.

    Parkeren in het centrum kan op de volgende locaties:
    Parkeergarage Chassé parking, Coulissen 2 (24 uurs)
    Parkeerplaats Beyerd-Vlaszak, Vlaszak 1 (24 uurs)
    Parkeergarage Turfschip, Chasséveld 15C (24 uurs)
    Parkeergarage Nieuweweg 79 (24 uurs)

    C O L O F O N

    O n s C a m e r s v à R h e t o r i k e is het officiële orgaan van het Verbond van de Kamers van Rhetorica Vlaanderen-Nederland vzw. Het Verbond is opgericht in Brussel in 1987.

    Het tijdschrift verschijnt eenmaal per drie maanden in een oplage van circa 100 exemplaren.

    Adres Bankgegevens van het Verbond
    ’t Haantje 2, 4854 MV Bavel BIC GEBABEBB
    Nederland IBAN BE41 2930 3224 8010

    Lidmaatschap van het Verbond
    Kamers van 6 leden of meer € 50,00 per jaar
    Kamers met 5 leden of minder en toetredende leden € 30,00
    Alle leden ontvangen het tijdschrift

    Website Druk
    www.rederijkers.org     KLA4 Steunpunt Welzijn vzw